In 1925 kreeg de leraar John Scopes een boete van 100 dollar opgelegd omdat hij het bestaan had zijn leerlingen in Tennessee de evolutieleer van Darwin te onderwijzen. Het proces tegen Scopes zou de geschiedenis ingaan als het Scopes Monkey Trial. Een leraar die de kinderen vertelt dat de mens van apen afstamt – het was ongehoord in het Amerikaanse Zuiden en het was bij wet verboden. 80 jaar later zegt president George W Bush dat leerlingen in de middelbare school onderwezen moeten worden inde theorie van Intelligent Ontwerp: het idee dat het leven op aarde niet is ontstaan als gevolg van een Big Bang maar dat een Intelligent bovennatuurlijk wezen op zijn minst de eerste vormen van leven heeft ontworpen. Bush tegen de wetenschap, het is niet nieuw. Nog vóór George W in augustus zijn uitspraak deed over IO had hij al eerder met het grootste gemak wetenschappelijke argumenten van tafel geveegd in belangrijke debatten als dat over stamcelonderzoek, opwarming van de aarde, aidsbestrijding en contraceptie.
In Dover, een onooglijk stadje in de staat Pennsylvania moet van de week het doek vallen over een proces dat in de pers wel eens Scopes Monkey trial nummer twee wordt genoemd.
Het schoolbestuur van Dover wil in de lessen wetenschap een verklaring laten voorlezen waarin gewezen wordt op gaten in de evolutieleer van Darwin en waarin Intelligent Ontwerp wordt voorgesteld als een alternatieve theorie voor de verklaring van het ontstaan van het leven op aarde. Tegenstanders zien daarin niets anders dan het binnensmokkelen van creationisme op school: de leer die ervan uitgaat dat het scheppingsverhaal in de bijbel letterlijk moet worden genomen, dat God de aarde met alle vormen van leven die er te vinden zijn in zes dagen heeft geschapen en dat de wereld slechts enkele duizenden jaren oud is.
Elf ouders trokken in Dover naar de rechtbank met het argument dat de theorie van Intelligent Ontwerp tot het domein van de religie en de filosofie behoort en niet tot dat van de wetenschap. Een verwijzing naar IO in de wetenschapsles is daarom een inbreuk op het eerste Amendement van de Amerikaanse Grondwet waarin wordt bepaald dat de staat geen godsdienst mag instellen. Het proces in Dover wordt daarmee de eerste juridische test over IO op school sinds het Hoog Gerechtshof in 1987 bepaalde dat het creationisme of de zogenaamde scheppingswetenschap niet in de wetenschapsles thuishoren. Kort na die uitspraak dook voor het eerst het idee van Intelligent Ontwerp in het publieke debat op.
De meeste propaganda voor Intelligent Ontwerp is afkomstig van een think tank in Seattle: het Discovery Institute dat nauw verbonden is met Christelijk Rechts en steun krijgt van machtige groepen en individuen. Het Instituut kan rekenen op de sympathie van de talrijke fundamentalistische christelijke lobbygroepen die president Bush aan de macht hebben helpen brengen en op ruime financiële middelen afkomstig van onder andere Bill Gates en de bankiersfamilie Ahmanson. De strategie van het Discovery Institute verschilt wezenlijk van die van de traditionele creationisten. In de publicaties van het Instituut komt het woord God niet voor. Prestigieuze wetenschappers zoals de biochemicus Michael Behe, die ernstige twijfels heeft over sommige aspecten van de leer van Darwin, worden naar voren geschoven in dvd’s boeken en brochures die als wetenschappelijke literatuur ogen. Het Discovery Institute voert geen campagne voor het onderricht van IO op school en distantieert zich zelfs uitdrukkelijk van die scholen die dat wel doen. In plaats daarvan zweren de propagandisten van het Discovery Institute bij de slagzin: onderwijs de controverse. Het punt is dat er voor het overgrote deel van de wetenschappelijke wereld geen controverse bestaat. De evolutieleer van Darwin mag dan al vragen onbeantwoord laten, geen ernstige wetenschapper die eraan twijfelt dat evolutie de grondslag is voor alle biologie.
Maar het idee van onderwijs de controverse maakt opgang en president Bush zelf leek uit het boekje van het Discovery Institute te citeren toen hij in augustus zei dat de leerlingen de beide kanten moeten leren kennen. De president geeft daarmee morele steun aan de schoolgemeenschappen die eerder al de daad bij het woord hebben gevoegd en het teach the controversy als uitgangspunt van hun beleid hebben genomen. Het gaat om scholen in Ohio, New Mexico, Minnesota, Kansas en nu dus ook Dover in Pennsylvania. Wetenschappers maken zich grote zorgen over die trend. Door de evolutieleer van Darwin op gelijke voet te stellen met een pseudo-wetenschappelijke theorie als IO devalueer je het wetenschapsonderwijs. Bovendien zwichten veel scholen voor de druk van Christelijk Rechts en leraren moffelen de evolutieleer uit angst onder tafel. We riskeren een generatie wetenschappelijke analfabeten af te leveren zegt Kirk Johnson, curator van het natuurhistorisch museum in Denver, Colorado waar creationisten en aanhangers van IO graag naartoe komen om hun theorieën te “bewijzen.”
De Grand Canyon in dezelfde staat Colorado is een waar bedevaartsoord voor creationisten en aanhangers van IO. Zij organiseren er christelijk georiënteerde rondleidingen die moeten aantonen dat de geologische lagen in de Canyon niet twee miljard jaar geleden zijn ontstaan zoals de meeste geologen aannemen maar het gevolg zijn van Noah’s zondvloed niet meer dan een paar duizend jaar geleden. Dat soort onzin staat onder andere te lezen in Grand Canyon, a Different View, een luxueus uitgegeven boek voor de koffietafel met pseudo-wetenschappelijke essays van christelijke inspiratie. De National Park Service, de overheidsinstelling die het natuurgebied van de Grand Canyon beheert kwam onder sterke druk van christelijke groepen te staan om het boek in de rekken te plaatsen van de drukbezochte Visitors’ Centers
Ondanks scherp protest van de wetenschappelijke wereld en de enorme controverse die intussen over A different View was ontstaan bleef het boek in de winkels van de National Park Service te koop. Christelijke lobbygroepen weten zich verzekerd van de – op zijn minst morele – steun van de president als ze hun visie als een wetenschappelijk alternatief proberen te verkopen. De wereld van de wetenschap was door die evolutie zo gealarmeerd dat meer dan zestig wetenschappers - onder wie twintig Nobelprijswinnaars – in februari 2004 een open brief schreven naar de president waarin ze lucht gaven aan hun bezorgdheid en verontwaardiging. Als wetenschappelijke kennis in conflict komt met politieke doeleinden zo schreven ze dan manipuleert de regering het proces waarbij de wetenschap de politieke beslissingen beïnvloedt. Dat gebeurt onder andere door mensen zonder de nodige kwalificaties te benoemen in officiële functies en in wetenschappelijke adviesorganen (…) door de wetenschappelijke rapporten van de regering zelf te censureren of te negeren of door gewoon geen wetenschappelijk advies in te winnen.
Het negeren door de regering van de eigen wetenschappelijke rapporten: dat was nergens zo duidelijk als in de discussie over klimaatwijziging. In 2002 deed Bush het Climate Action Report, een document van het State Department over klimaatswijziging af als een tekst van de bureaucratie. In hun open brief verweten de wetenschappers de regering Bush de wetenschappelijke consensus te ondermijnen over de oorzaken van de klimaatwijziging op aarde, namelijk de productie van broeikasgassen veroorzaakt door menselijke activiteit. Zoals elders bestaat de tactiek van deze regering erin twijfel te zaaien over de wetenschappelijke consensus door te wijzen op meningsverschillen die wetenschappers er op ondergeschikte punten op na houden en door de nadruk te leggen op vragen waar de wetenschap tot dusver geen antwoord op heeft. Zo antwoordde Bush op een vraag van het wetenschappelijke tijdschrift Science over klimaatwijziging dat de National Academy of Science tot de conclusie is gekomen dat er nog steeds onzekerheid bestaat over de onderliggende oorzaken van de verandering in de natuur en het klimaat. Bush doelde op de passages in een rapport van de National Academy of Science waarin inderdaad een aantal vragen onbeantwoord blijven maar waar de conclusies ondubbelzinnig de band tussen menselijke activiteit en klimaatswijzing erkennen.
Dat president Bush op gespannen voet leeft met de wetenschap werd al vroeg in zijn presidentsschap duidelijk. In zijn eerste televisietoespraak op 9 augustus 2001 had hij het over stamcelonderzoek. Hij wees het gebruik van embryonale stamcellen op ethische gronden af en hij beweerde dat het ook niet nodig was om levende menselijke embryo’s te vernietigen om het medisch veelbelovende stamcelonderzoek voort te zetten. Er was namelijk voldoende onderzoeksmateriaal voorhanden beweerde Bush: meer dan zestig genetisch diverse stamcellijnen bevonden zich in Amerikaanse laboratoria. Het cijfer van zestig stamcellijnen is daarna in het openbare debat over stamcelonderzoek een eigen leven gaan leiden. Probleem is: het klopt niet. Volgens Nobelprijswinnnaar voor geneeskunde Paul Berg – professor emeritus aan de universiteit van Stanford – verwarde Bush al of niet opzettelijk stamcellijnen met derivaten: cellen die uit een oorspronkelijke lijn werden gekweekt maar waarvan de levensvatbaarheid of de bruikbaarheid in het lab twijfelachtig is.
De Evangelicals, altijd klaar om nieuwe argumenten aan te dragen in de strijd voor wat ze gezonde wetenschap noemen, hebben ook hier een mouw aan gepast. Ze verspreiden het idee dat voor verder stamcelonderzoek ook gebruik kan worden gemaakt van zogenaamde volwassen stamcellen die gevonden worden in de hersenen, het beenmerg en de lever. Wetenschappers die op het terrein met het onderzoek bezig zijn verwijzen die theorie resoluut naar het domein van de fictie of het geloof. Louis Guenin, een biomedische moraalprofessor van Harvard stelt de propagandisten van de het volwassen-stamcelonderzoek op gelijke hoogte met de creationisten. Het is ook geen toeval dat de cheerleader van het volwassen-stamcelonderzoek, Wesley Smith, een senior fellow is van het Discovery Institute.
De discussie over stamcelonderzoek heeft binnen Bush’ eigen Republikeinse partij tot dissidenties geleid. Gematigde conservatieven zoals senator Arlen Specter van Pennsylvania, voorzitter van de juridische commissie in de Senaat, zijn bang dat de ideologische opstelling van de president Amerika achterop doet hinken in het medisch en wetenschappelijk onderzoek terzake. Spector lijdt zelf aan kanker en dat verklaart wellicht ten dele zijn openlijk verzet tegen de wetenschapspolitiek van het Witte Huis. Maar intussen hebben ook andere Republikeinen moeten toegeven dat er veel minder stamcellen voor onderzoek beschikbaar zijn dan de president in zijn speech vier jaar geleden beweerde en er wordt gewerkt aan een compromis om federale steun voor sommige vormen van stamcelonderzoek mogelijk te maken. Het Witte Huis heeft al laten weten dat de president zijn veto zal gebruiken.
Johan Depoortere
Washington
2 november 2005
No comments:
Post a Comment