Het kon niet uitblijven: de beelden van de gruwelijke ophanging van Saddam Hoessein circuleren op het Internet. Wat de Amerikaanse bezetters en het quislingregime in Bagdad de wereld lieten zien was een gekuiste versie van het gebeuren. Maar het zijn de korrelige beelden van een videotelefoon die in de Arabische wereld op het netvlies van miljoenen gebrand zullen blijven. Van de "waardigheid" die premier Maliki de slachtpartij toedichtte blijft geen zier over. Saddam wordt opgeknoopt door gangsterachtige figuren (de leren jasjes, de zwarte maskers...) Ze snauwen Saddam toe: Ga naar de hel! Ook voor wie geen Arabisch kent is te horen hoe ze de militieleider Moqtada Al Sadr aanroepen - in één adem met de profeet - en het uitdagende antwoord van Saddam die op misprijzende toon herhaalt: Moqtada...
De New York Times beschrijft in detail de laatste ogenblikken van Saddam. Volgens de Times was de Amerikaanse regering het helemaal niet eens met de beslissing van de regering Maliki om Saddam drie dagen na de bevestiging van het doodsvonnis al aan de beulen over te leveren. Een betere manier om de verzoening in het land te saboteren kun je nauwelijks bedenken, zelfs het Witte Huis van GW Bush beseft dat. Maar als het de fictie van een "soevereine Iraakse regering" hoog wou houden kon Washington weinig anders doen dan handenwringend toe te zien hoe de Iraakse Sjiïeten hun Soeennitische landgenoten nodeloos provoceerden door Saddam te berechten op één van de meest gerespecteerde Islamitische feesten, Id al-Adha.
Id al-Adha is de viering van het einde van de Hajj, de bedevaart naar Mecca, en de herdenking van het offer van Abraham die bereid was zijn zoon Ismail op bevel van Allah te doden. De symboliek is duidelijk. Voor de Soennieten is Saddam het zoenoffer, de martelaar. Maar ook juridisch is hier een en ander aan de hand. Volgens de Iraakse wet mag een doodsvonnis tijdens het Id niet voltrokken worden, maar voor de Sjiïeten gaat Id al-Adha een dag later in dan voor de Soenniten. To add insult to injury werd de voormalige dictator op zaterdagochtend gedood, toen het volgens de Sjiïetische kalender nog kon.
Om een doodsvonnis uit te voeren is een decreet nodig met de handtekening van de president en zijn twee vice-presidenten. Bovendien moet het verdict schriftelijk worden bevestigd door de voorzitter van het Hoog Gerechtshof. De Koerdische president van Irak Jalal Talibani is tegen de doodstraf en weigerde het decreet te ondertekenen. Maar op advies van rechtbank die het doodsvonnis heeft uitgesproken ondertekende Talibani een brief waarin hij verklaarde dat hij zich niet tegen de executie zou verzetten.
Hoezeer de Amerikanen op het laatste moment bezwaren kregen tegen de procedure - voor de meeste Iraki's is het George W Bush die de hele vertoning heeft geregisseerd. Tenslotte zijn het de Amerikanen die Saddam hebben opgepakt en tot enkele uren voor zijn dood hebben vastgehouden. De schuld van Saddam aan onbeschrijfelijke misdaden mag dan al aan weinig twijfel onderhevig zijn - een eerlijk proces heeft hij volgens de meeste onafhankelijke waarnemers niet gekregen.
(Lees hierover de Pakistaanse auteur en journalist Tariq Ali.)
Welke conclusie de meerderheid van de Arabieren - met uitzondering van de Sjiïeten - uit de executie van Saddam trekt wordt duidelijk als je de blog leest van Riverbend, pseudoniem voor een jonge Soennitische vrouw in Bagdad. Ze schrijft in vlekkeloos Engels en hoort dus tot die klasse van Iraki's die alles te verwachten hadden van de bevrijding van de tirannie van Saddam door de Amerikanen. Maar Riverbend is onverkort tegen de Amerikaanse bezetting van haar land gekant. Haar blogs (van zomer 2003 tot nu) zijn uitgegeven in twee boeken: Bagdad Burning I en Bagdad Burning II, waarschijnlijk het enige en in elk geval meest volledige relaas van hoe een Iraki de oorlog, de bezetting en de burgeroorlog overleeft.
No comments:
Post a Comment